“Jonge hopscheutenteler geeft toekomst aan familietraditie Ik heb altijd al geweten dat ik wil ondernemen"

77 jaar is opa Paul Temmerman en tot vorig jaar was hij de trotse bedrijfsleider van Hopscheuten Temmerman. In kleinzoon Jelle heeft hij een waardige opvolger gevonden. Maar als – op dat moment nog – achttienjarige een eigen zaak opstarten en daarvoor ook de nodige financiën bij mekaar halen, is geen eenvoudige zaak. Jelle ging daarvoor te rade bij Ann De Meyer, adviseur Agro bij KBC.

“In totaal heb ik vier gronden overgekocht van mijn grootvader, goed voor enkele hectares.” Het was opa Paul die het bedrijf uit de grond stampte en het vooral na zijn pensioen nog extra uitbreidde. Hoewel het bedrijf beperkt is qua grootte en ook de arbeidspiek maar enkele maanden duurt, is het toch een serieuze investering. “Om dit bedrijf in één keer te kunnen overnemen, was een degelijk financieel plan nodig. Hopscheuten zijn een delicatesse, bij de teelt ervan komt veel handenarbeid kijken.

“We hebben zestig plukdagen per jaar, van februari tot april. Dat zijn dus ook de enige maanden waarin ik inkomsten heb. Omdat dit zo’n arbeidsintensieve teelt is, zijn er ook voornamelijk hoge
personeelskosten aan verbonden. Buiten het seizoen ga ik nog wel deeltijds buitenshuis werken, om een bijkomende zekerheid te hebben. De zachte winter zorgde dit jaar voor een mooie oogst, maar dat is helaas niet altijd het geval.”

Geen lichtzinnige beslissing

Ondanks zijn jonge leeftijd, weet Jelle zeker dat zijn toekomst in de teelt van hopscheuten ligt. “Deze teelt is al jaren een grote familiepassie. Studeren is nooit iets voor mij geweest, ik heb altijd willen ondernemen. Vorig jaar heb ik een jaartje meegedraaid op het bedrijf.

Dat viel goed mee en dan heb ik besloten om het over te nemen.” En dat is geen lichtzinnige beslissing voor iemand die pas van de middelbare school komt. “Ik ben natuurlijk heel onervaren. Ik ben 19 jaar, heb geen financiële buffer. Dit is een heel belangrijke beslissing, dus ik moest mij goed informeren.” 

Het is hier dat KBC in het verhaal komt. De ouders van Jelle zijn zelf ondernemers. Zij informeerden bij de bank en werden doorverwezen naar adviseur Agro Ann De Meyer. “Ik merkte dat de ouders van Jelle dit bedrijf heel erg bekeken door een kmo-bril. Wij hebben hen geholpen om dit bedrijf meer te bekijken vanuit een tuinbouwbenadering. Zo hebben we samen de subsidieregelingen doorgenomen en onderzocht welke mogelijkheden er zijn op het vlak van VLIF-steun. We hebben Jelle ook doorgestuurd naar SBB om zich gericht te laten begeleiden op het vlak van subsidies.”

Fytolicentie en starterscursus
“Intussen heb ik mijn fytolicentie behaald en volgde ik de starterscursus A”, vertelt Jelle. “De starterscursus B komt er binnenkort ook aan. Nu het seizoen bijna ten einde is, ga ik daar tijd voor kunnen vrijmaken.” De technische kennis kreeg hij rechtstreeks mee van zijn grootvader. “Deze plant blijft veertig jaar in de grond zitten. Het is dus belangrijk van hem niet uit te putten.

“Met onze kwaliteit en ons verhaal kunnen we ons onderscheiden van de concurrentie.”

Wij moeten hier geen hopbellen oogsten, dus zo hoog moet hij zeker niet groeien. Mijn grootvader heeft met verschillende hoogtes geëxperimenteerd. Zijn jarenlange ervaring kan ik benutten om nu gericht te werken. Het is het tweede seizoen dat ik nu volledig meedraai, maar eerder kwam ik hier ook al helpen tijdens de krokus- en de paasvakantie, dus het is natuurlijk niet helemaal nieuw voor mij.”

Financieringsmix
Toch blijft het een grote stap. Die begeleidt KBC graag grondig, vertelt Ann. “Ik vind het altijd belangrijk om bij de mensen langs te gaan. Zo kan je meteen aanvoelen hoe de interactie verloopt. Met een jonge starter zoals Jelle is het ook belangrijk dat er voldoende ondersteuning is van thuis uit. Die is er hier zeker. Zijn ouders staan achter zijn onderneming. Dat is essentieel, want in je eentje zo’n bedrijf opstarten, dat gaat niet. Daarnaast hebben we uiteraard ook gekeken naar het financieringsplaatje: wat is de ideale financieringsmix, en hoe haalbaar is die? De boekhouding van opa Temmerman vormde daarbij een goede basis. We kregen ook een mooi overzicht van alles wat er in het bedrijf zit, zoals de gronden. Het is zeker geen sprong in het duister. Maar tegelijk is dit ook een akte van geloof. Het is Jelle die het moet waarmaken. Wij geloven dat hij dat kan, maar het is wel belangrijk dat hij dat zelf ook inziet.” “Mij geeft dit een zekere gemoedsrust”, vertelt Jelle. “Ik weet waaraan ik begin en ik voel mij gesterkt door het vertrouwen dat KBC in mijn stelt.” 

Personeel en marketing
Klaar om naar de toekomst te kijken dus, en dat doet Jelle al. “Er zijn twee zaken die in eerste instantie beter moeten. Ik wil nog stappen vooruitzetten rond de marketing van Hopscheuten Temmerman en de beleving errond. 

Daarnaast moeten we ook het werken met personeel beter op orde krijgen. Dit jaar werkte ik met seizoenarbeiders. Ook hierin moet ik mijn weg nog wat vinden. Hopscheuten vergen een heel specifieke aanpak en daar moeten we nog in verbeteren. Maar ik leer dagelijks nog bij, om een betere kwaliteit te kunnen leveren aan onze partners. “Toch zal ik ook blij zijn als dit eerste oogstseizoen op mijn eigen bedrijf achter de rug is. Het is emotioneel toch zwaar. Dit kan je geen twaalf maanden per jaar volhouden. Alles is nieuw. Maar
ik heb er zeker geen spijt van! Mijn ouders staan achter mij en helpen mee met onder andere de administratie. Een uur facturen maken kost mij meer energie dan een hele dag op het veld staan. Dus ik ben blij dat zij dat mee voorbereiden.” 

“Ook de website en de sociale media onderhouden we samen. Dat past in dat marketingverhaal waar ik al over sprak. Wij vermarkten ons product onder onze naam Hopscheuten Temmerman. Zo staat het ook op de menukaarten van de partner-restaurants waar wij mee samenwerken. Zo is ons aantal klanten al tot zestig gestegen en het is leuk om die ook in onze communicatie een gezicht te geven, via selfies met de chefs. Ons verhaal is belangrijk. Het is met onze kwaliteit, maar ook met ons verhaal dat we ons kunnen onderscheiden van de rest, en dat willen we ook in de toekomst blijven doen.”

Dat hij in de modder dit werk wil doen, maakt me trots

«De hopscheutjes één voor één plukken en een achttal keer wassen, dat is intensief werk.» De start van het nieuwe oogstseizoen van het ‘witte goud’ betekent lange en harde dagen voor Paul (77) van Hopscheuten Temmerman. Aan zijn zijde staat sinds kort kleinzoon Jelle (19), die met veel energie de fakkel overneemt. «Trots om het harde, ouder- wetse werk van opa verder te zetten, maar ik ga ook vernieuwen», klinkt het ambitieus bij Jelle. Wij mochten mee in de modder om de eerste kilogram hopscheuten van dit jaar plukken.

De kunst van het telen van hopscheuten zit diepgeworteld in de familie Temmerman. Het is een uniek gebeuren, want nergens anders ter wereld belanden hopscheuten – de smaak die ietwat aan noten doet denken – nog op een bord zoals in ons land. Waar elders de scheuten gewoon als het begin van een hopplant wordt gezien, vormt die hier een exclusieve lekkernij.

Van 170 hectare hop in Vlaanderen, wordt slechts twintig hectare voor hopscheuten gebruikt. Daar weet hopboer Paul Temmerman alles van. Al zeventig jaar zit hij in de sector, waarvan de voorbije vijftig jaar met een eigen veld aan Sluis in Opdorp.

In weer en wind
Maar voor die delicatesse een exclusief Oost- en West-Vlaams streekproduct op een bord belandt, gaat er loodzware handenarbeid aan vooraf. In weer en wind. Bij onze afspraak zitten Paul en kleinzoon Jelle op handen en knie- en in de natte aarde. Terwijl het heel de tijd regent, plukken ze stuk voor stuk de hopscheuten. Het zijn de ondergrondse uitlopers van een oude hopplant. Heel fragiel is die delicatesse. Ondertussen weet ook Jelle hoe zwaar de stiel is, want hij neemt de zaak van opa Paul over legt hij uit.

Het seizoen is bovendien heel kort, vult Paul Temmerman aan. In principe rekenen we op een zestigtal plukdagen om alle hopscheuten te oogsten. Dat is van eind februari tot midden april. Nauwlettend houden we het veld in het oog om er meteen bij te zijn als de eerste hopscheuten hun kopjes laten zien boven de aarde. Dat is het startschot voor het nieuwe seizoen. Vanaf dan is het alle hens aan dek, van ’s morgens tot ’s avonds. Of het nu waait, koud is, regent… We slaan geen dag over. Je zou denken dat we hopen op de zon, maar te veel daarvan is ook niet goed. Want dan groeien de scheuten te snel. En voor wie denkt dat we al die overige maanden dan op onze lauweren rusten: die denken maar best iets anders, want het hele jaar door moeten we het veld verzorgen om onze oogst te verzekeren.

Ik heb er hier al veel op het veld zien toekomen. Maar voor ze er goed en wel aan begonnen waren, gaven ze er al de brui aan
PAUL TEMMERMAN

Paul weet waar hij over spreekt. Hij was amper zeven jaar toen hij al meehielp om hopscheuten te oogsten. Niet van mogen, maar van moeten, lacht hij. Het is allemaal begonnen bij overgrootvader Rufien, mijn vader dus. De familie was actief in de omgeving van Erembodegem. Maar vijftig jaar geleden startte ik mijn eigen bedrijf Hopscheuten Temmerman in Opdorp, samen met mijn vrouw Hilde. De zandgrond hier bleek ideaal om een product met een rijke en verfijnde smaak voort te brengen. Al ben ik wel de enige hopboer in deze streek.

Met de paplepel
Die vijftigjarige familietraditie is kleinzoon Jelle nu van plan om voort te zetten. Ik ben als het ware groot geworden tussen de hopscheuten, legt de jongeman uit. Het werd me met de paplepel meegegeven. Als kind liep ik veel op het veld rond en hielp mee. Ik voelde me altijd gelukkig dan. School blijkt niet echt mijn ding te zijn, maar voor de hopscheuten wil ik me wel smijten. Ik ben vastberaden om opa trots te maken, nu ik de fakkel van hem overneem. Maar ik blijf voorlopig wel bescheiden. Ik heb van opa Paul de stiel geleerd, maar ik besef dat ik er nog maar twintig procent van ken.

De afgelopen tien jaar werd er al gezocht naar een geschikte overne- mer voor het bedrijf, maar niet ge- vonden. Tot Jelle zich nu aandient. Grootvader Paul is alvast fier op zijn kleinzoon. Ik heb er hier al veel op het veld zien toekomen. Maar voor ze er goed en wel aan begonnen waren, gaven ze er al de brui aan, zegt hij. Net omdat het geen evidentie, maar vooral heel zwaar werk is. Dat Jelle de zaak wil voortzetten, maakt me wel trots. Hij heeft de familiepassie in zich.

Vernieuwing
Jelle is vastberaden om Hopscheuten Temmerman een mooie toekomst te geven. De nalatenschap van opa, daar moet ik het beste van maken, zegt hij. Een nieuwe generatie betekent ook wel vernieuwing. Zo is er een website gelanceerd, kan er online besteld worden en zijn we aanwezig op sociale media. We investeren ook in een nieuwe, unieke vacuumverpakkingmachine om de delicate hopscheuten nog verser te kunnen bewaren. Jelle is het levende bewijs dat jonge mensen, ondanks de perikelen en moeilijkheden in de sector, toch nog voor deze stiel durven kiezen. Ik laat me niet afschrikken, zegt hij. Ik ben vooral heel trots dat ik dit kan en mag doen. Mijn hart zit vol passie voor het familiebedrijf. Het voelt fantastisch om deel uit te maken van een verhaal dat al generaties teruggaat. En ik ben enthousiast om deze traditie van hop- scheuten voort te zetten. Ik kan nog blijven rekenen op de goede raad en steun van opa. Samen zorgen we ervoor dat dit witte goud nog lang op de borden van fijnproevers mag belanden.

De hopscheutenvelden staan volop in bloei, het ideale moment om dit zeldzame en op en top Belgische product eens van dichtbij te gaan bekijken. En uiteraard ook om een gesprek met de persoon achter Hopscheuten Temmerman, Jelle Temmerman, te voeren. Hij volgde het traject starten om goed voorbereid de zaak van zijn grootvader Paul over te nemen.

Proficiat Jelle, sinds begin dit jaar ben jij eigenaar van Hopscheuten Temmerman. De vijfde generatie al!

Jelle: “Klopt, ik heb de zaak overgenomen van mijn grootvader. Ik wou de jarenlange traditie van hopscheuten kweken verderzetten in onze familie. Een niet te onderschatten en zware stiel, maar de passie voor hopscheuten zit bij onze familie echt in het bloed.”

Paul: “Het is inderdaad heel zwaar werk. Hopscheuten worden met de hand geoogst en als het weer wat tegenzit, werk je de hele dag in de modder. Een extra uitdaging is dat we alles dagvers plukken: de scheuten moeten op tijd ’s avonds bij onze klanten, de restaurants, zijn om ze meteen te kunnen bereiden.”

Jelle: “Het seizoen van de hopscheuten loopt van februari tot april, dus nu is het echt lange dagen maken en hard werken. Onze omzet moet volledig in die drie maanden gemaakt worden.”

Het product is minder bekend bij het grote publiek. Hoe komt dit?

Paul: “Ik denk dat het vooral komt omdat het een redelijk exclusief en zeldzaam product is. Er staat in België 170 hectare hop, waarvan maar 20 hectare gebruikt wordt voor hopscheuten. België is ook het enige land waar de hopscheuten op restaurant geserveerd worden.”

Je volgde het traject Starten, wat heb je hieruit gehaald?

Jelle: “Algemeen heb ik meer informatie gekregen over alles wat komt kijken bij het opstarten van een eigen zaak. Door het traject heb ik ook de boekhouding gemoderniseerd en gedigitaliseerd, want mijn grootvader deed nog alles op papier. Coach Raïssa liet me ook zien hoe belangrijk het is om je doelpubliek en je klanten door en door te kennen: wie zijn onze klanten vandaag, hoeveel kopen ze aan en hoe kunnen we ze soigneren? Maar ook: hoe trekken we nieuwe klanten aan? We hebben vandaag al een mooi klantenbestand opgebouwd, maar ik wil van Hopscheuten Temmerman een echt merk maken. Een belangrijk element daarin is hoe wij ons onderscheiden van de concurrentie.”

Hoe doe je dat?

Jelle: “Ik wil een stevige band opbouwen met onze klanten, net zoals mijn grootvader vandaag. Met veel respect voor het verleden wil ik een nieuwe wind laten waaien en onder andere enkele bedrijfsprocessen optimaliseren. We gaan ook bewust meer de digitale toer op. Zo hebben we onlangs onze nieuwe website gelanceerd.”

Paul, welke tip wil je Jelle nog meegeven nu hij de zaak overgenomen heeft?

Paul: “Niet inboeten op kwaliteit en luisteren naar je klanten. Dat is toch wat ik al die jaren gedaan heb.”

Opdorp – Terwijl landbouwers in zowat heel het land roepen dat het voor hen almaar moeilijker is om te overleven, stapt Jelle Temmerman (19) uit Opdorp, Buggenhout, toch in de boerenstiel: hij neemt Hopscheuten Temmerman over van zijn grootvader Paul (77). “School was niets voor mij, maar mijn passie voor de hopscheuten is groot. Ze zijn een delicatesse, het witte goud.”

Hopscheuten telen, het zit al generaties lang in de familie Temmerman. Overgrootvader Rufien startte ermee in Erembodegem en leerde zijn zonen de knepen van het vak. Paul verhuisde naar Opdorp en kweekte daar hopscheuten.

Een opvolger was er niet meteen, tot Jelle het zag zitten. “Ik zit al van mijn 8 jaar geregeld mee op het veld”, zegt de jongeman. “Ik studeerde elektromechanica in het middelbaar, maar school is niets voor mij. Hopscheuten kweken, het is een speciale stiel en die wil ik koesteren.” (Lees verder onder de foto)

Jelle neemt de zaak over van zijn grootvader. © svov

Grootvader Paul is tevreden met de opvolging. “Ik heb drie kinderen en die zagen het niet zitten, maar ik ben fier op Jelle waar ik nu mijn kennis en passie kan aan doorgeven. Hopscheuten kweken, is een harde stiel. Op zestig dagen tijd moeten de scheuten met de hand geplukt worden, en ter plaatse op maat gesneden voor ze naar de restaurants gaan. Daar komen ze dagvers op tafel.”

Protesten

Jelle deinsde er in deze voor boeren lastige tijden niet voor terug om zich in het landbouwleven te storten. “Ik begrijp de protesten die er vandaag zijn, maar ik heb er niet echt rekening mee gehouden”, zegt de tiener.

Hopscheuten zijn een delicatesse. © svov

“De zaak van mijn grootvader overnemen, kon ik wel alleen met de hulp van mijn moeder en vader. Ik voel de passie, heb de moed om me in te zetten en krijg de nodige steun. Redenen genoeg om ervoor te gaan, want er komt heel wat papierwerk bij kijken naast het werk op het veld. Dat onder meer dat aangekaart wordt door de recente acties, vind ik goed.”

Nog veel leren

Jelle weet dat hij nog veel moet leren. “Ik heb de stiel denk ik voor 20 procent onder de knie. De rest leer ik stap per stap van mijn grootvader.”

Na het plukken en op maat snijden worden de hopscheuten gewassen. © svov

De hopscheuten van Temmerman worden in restaurants in heel Vlaanderen geserveerd. Onder meer in het sterrenrestaurant Colette – De Vijvers in Scherpenheuvel. “Ik wil het merk laten groeien door vernieuwing, zonder de kwaliteit en de nauwe klantenrelatie uit het oog te verliezen”, zo gaat de jonge boer verder. “Ook daarom lanceerden we een gloednieuwe website, met een geautomatiseerd bestellingsproces.”

Sociale media

Voor het eerst is Hopscheuten Temmerman ook aanwezig op de sociale media. “We investeerden ook al in een unieke vacuümverpakkingsmachine, zodat de versheid van ons delicate product nog verder gegarandeerd wordt”, zegt jelle. “Het is en blijft een delicatesse, hopscheuten worden niet voor niets het witte goud genoemd.”

© svov
© svov
0
    0
    Jouw winkelmand
    Jouw winkelmand is leegGa terug naar de shop

    Website gemaakt door Sinergio